Het geheel aan opleidingsuitgangspunten en exameneisen is gebaseerd op 25 eindtermen en functiecompetenties. Er zijn zowel kennis- als gedragseindtermen. Op basis van de meeste kennis-eindtermen en enkele gedrags-eindtermen wordt schriftelijk geëxamineerd. Daarnaast is het zo dat alle termen worden meegenomen als factoren die van belang zijn voor de stageperiode. In deze periode wordt de zogenaamde ‘bewijs-map’ (stageverslag) bijgehouden waaruit de geschiktheid blijkt. Hiervoor is zowel de kandidaat als de werkgever verantwoordelijk.

Competenties en beknopte eindtermen

Alle functiecompetenties vind je hier:

  1. Wet op de lijkbezorging
  2. Kennis over opdrachtgeverschap
  3. Besef van de mogelijkheden van je bedrijf en werkveld
  4. Nabestaandenzorg
  5. Verzekeringen
  6. Identificatieprotocol m.b.t. begraven, cremeren
  7. Basale kennis van rituelen
  8. Materialenkennis
  9. Opbaarmogelijkheden
  10. Kostenbegrotingen kunnen lezen en opstellen
  11. Kennis van het logistieke proces/organisatorische aspecten
  12. Schriftelijke Nederlandse taalvaardigheid
  13. Mondelinge communicatie/gesprekstechnieken
  14. Kunnen observeren
  15. Representativiteit
  16. Sturing en leidinggeven
  17. Hoffelijkheid; gastvrijheid
  18. Inlevingsvermogen
  19. Ethisch bewust, Integer handelend
  20. Ondernemend
  21. Commercialiteit/zakelijkheid
  22. Gevoel/oog voor detail
  23. Flexibiliteit
  24. Conflicthantering
  25. Veilig werken binnen de uitvaartzorg
  26. Duurzaam werken in de uitvaartzorg

 

 

Hieronder vind je een uitgebreidere uitleg van de kenniscompetenties!

Wettelijk

Ad. 1 Wet op Lijkbezorging

  • Aangifte van overlijden
  • Termijn van begraven/cremeren
  • Soorten graven
  • Opgraven van stoffelijke resten
  • Wijze van begraven
  • Begraven op eigen grond
  • Crematie
  • Algemeen bepalingen
  • Bewaring van as
  • Verstrooiing van as
  • Bijzonder wijze van lijkbezorging
  • Balseming
  • Niet natuurlijk overlijden

 

De kandidaat is in staat kennis op te zoeken van:

  • Overlijden rondom vroeggeboorte/baby
  • Opbaring
  • Eigendom grafmonumenten
  • Repatriëring

Ad. 2 Kennis van opdrachtgeverschap

  • Rechten en plichten van opdrachtgeverschap
  • Algemene regelgeving omtrent wilsbeschikking, testament en uitvaartwensen
  • Proces aangifte van overlijden
  • Rechten en plichten van algemene voorwaarden
  • Algemene kennis protocollen rondom uitvaart

Ad. 6 Identificatieprotocol

  • Voorwaarden van ontleding lichaam (ter beschikking stellen aan Wetenschap)
  • Kenmerken van lijkstijfheid
  • Eindbestemmingen Wet op de Lijkbezorging
  • Proces euthanasie
  • Proces overlijden van vroeggeboorte
  • Proces lijkschouwing en A & B-verklaring
  • Regels rondom niet-natuurlijke dood

Zakelijk

Ad. 5 Verzekeringen

  • Soorten verzekeringsproducten, incl. algemene kenmerken en uitkeringsvoorwaarden
  • Kenmerken van Optieclausule
  • Proces en voorwaarden acte van sessie
  • Algemene kenmerken van een overlijdensrisicoverzekering

Ad. 10 Kostenbegrotingen

  • Pro-memorie posten
  • Algemene kenmerken omtrent overeenkomst tot opdracht
  • Kenmerken zekerheden SKU keurmerk
  • Voorwaarden SKU keurmerk m.b.t. begroting, uitvaartkosten en basistarief

Praktijkkennis

Ad. 4 Nabestaandenzorg

  • Algemene kennis (doorverwijzen) instanties zoals pensioen,  overheid, notaris, post
  • Algemene kennis Koninklijke onderscheidingen
  • Algemene kennis omtrent burgerlijke status
  • Algemene kennis richtlijnen erfenis en testament
  • Bepalen en vastleggen uitvaartwensen

Ad. 7 Basale kennis riten

  • Algemene kennis Jodendom
  • Algemene kennis Protestantisme
  • Algemene kennis Hindoeïsme
  • Algemene kennis Islam
  • Algemene kennis Katholicisme

Ad. 8 Materialen en ad. 26 Duurzaamheid

  • Algemene uitvaartkisten, toepassing en voorwaarden zaken die mee mogen in de uitvaartkist

Ad. 9 Opbaarmogelijkheden

  • Protocollen en algemene handelingen m.b.t. laatste verzorging
  • Technische en hygiëne voorwaarden opbrengen (temperatuur koeling, besmettingsgevaar, etc.)
  • Algemene kennis met betrekking tot Thanatopraxie

Ad. 15 Etiquette en klantgerichtheid

  • Préséance nabestaanden
  • Betekenis van meest voorkomende vaktermen
  • Gebruik onderscheidingen
  • Opdrachten en commando’s op uitvaart
  • Gebruik van hoofddeksels en handschoenen
  • Gebruik van vlag(gen) op uitvaarten
  • Volgorde etiquette en rouwstoet
  • Etiquette rondom rouwdrukwerk
  • Gebruik social media en mobiele telefoon

Ad. 25 Veilig werken

  • Gebruik en reinigen materialen bij verzorging overledene
  • (Hygiëne)protocollen

Algemeen

Ad. 12 Schriftelijke taalvaardigheid

  • Algemene spelling
  • Spelling: d, t, dt
  • Spelling: accenten
  • Spelling: hoofdletters
  • Spelling: koppeltekens
  • Spelling: voorvoegsels
  • Spelling: enkelvoud – meervoud
  • Herkennen stijlfouten, dubbele ontkenning
  • Juiste schrijfwijze vaktermen

Ad. 13 Mondelinge communicatie + ad. 14 Observeren

  • Basiskennis klassiek communicatiemodel, LSD en VOCATIO en fasen gespreksvoering
  • Algemene kennis vormen van communicatie, incl. verbale en non-verbale communicatie
  • Herkennen belangrijkste soorten vragen, incl. benoemen belangrijkste kenmerken